BuiltWithNOF

 

 

Met ingang van 15 oktober 1950 was aan Hr.Ms. Karel Doorman het pennant R81 toegekend. Dit pennant heeft het vliegkampschip op verschillende plaatsen gesierd, beginnende op de boeg aan stuur- en bakboord.
Verder heeft pennant gestaan op het eiland, de schoorsteen en de spiegel van het schip.

Op vrijdag 27 oktober 1950 vertrok het vliegkampschip weer uit de haven van Rotterdam naar open zee. Hier embarkeerden de vliegtuigsquadrons 2, 4 en 860 aan boord. Verder was deze reis aan boord een Sea Otter als ‘guard-plane’ voor assistentie in noodgeval op grotere afstand van het vliegkampschip.

Het vliegtuigsquadron 860 was op zaterdag 15 juli 1950 weer in dienst gesteld. De Fireflies van het eerdere vsq 860 waren nu vervangen door de Hawker Sea Furies, op dat moment de snelste schroefjagers ter wereld, met een maximum snelheid van ongeveer 740 km per uur. De vsq 2 en 4 waren als vanouds uitgerust met de Fireflies.

Tot het eind van de maand oktober 1950 werd door de vsq’s aan boord geoefend in Het Kanaal om over te gaan van het Engelse op het Amerikaanse deklandingsysteem.

Bij het Britse systeem werd het vliegtuig van 400/500 voet hoogte, met zeer weinig motorvermogen en een konstante daalsnelheid, op aanwijzing van de deklandingsofficier of ‘batsman’, in de juiste landingspositie gebracht en daarna op het vliegdek neergezet. De vlieger landde het vliegtuig dus niet naar eigen inzicht doch moest de aanwijzingen van de ‘batsman’ opvolgen.
Een ander nadeel van dit systeem was ook de geringe snelheid van het vliegtuig voor de landing, waardoor het dus minder goed besturrbaar was, terwijl bij een eventueel ‘wave off’ , het onderbreken van de landing, het motorvermogen dus verhoogd moest worden van minimaal tot vol vermogen waardoor de bestuurbaarheid nog slechter werd.

Bij het Amerikaanse systeem kwam het vliegtuig van een hoogte van 150/200 voet naar het vliegdek met een comfortabele lage vliegsnelheid, dus meer morotvermogen dan bij het Britse systeem.
De deklandingsofficier gaf ook bij dit systeem aan de vlieger aanwijzingen om op de juiste hoogte en met de juiste snelheid boven het vliegdek te komen, doch na het teken ‘sluit gas’ maakte de vlieger zelf de landing. Bij dit Amerikaanse systeem had de vlieger beter zicht op het vliegdek.

De Amerikaanse methode voldeed ook bij ons beter dan de Britse. Na overleg in de Western Union werd het nu door de aangesloten landen algemeen toegepast, waardoor uitwisseling tussen de vliegkampschepen van de bondgenoten mogelijk was.

Door de Amerikaanse marine werd een specialist op dit gebied ter beschikking gesteld. Aan boord embarkeerde de Lt. Commander Thomas. Hij was werkelijk een expert op dat gebied. Al onze mensen waren enthousiart over deze man.
In het begin gaf hij wanneer nodig aanwijzingen aan onze batsman, maar na korte tijd, deden zij dat zelfstandig.

In tien dagen werden 383 deklandingen gemaakt, waarbij slechts drie landingsongevallen plaats vonden.

Op donderdag 9 november 1950 vertrok de Doorman, na een korte rustpauze, in smaldeel verband met de schepen Hr.Ms. Bitter, Tijgerhaai en Zwaardvis naar de Middellandse zee.

(foto 02440 Het fregat Hr.Ms. Bitter, F807.

(foto 0226) De onderzeeboot Hr.Ms. Tijgerhaai.

(foto 3399) De onderzeeboot Hr.Ms. Zwaardvis.

Dinsdag 14 november 1950 was een bijzondere dag voor de Doorman en de MLD.
Op deze dag maakte de ltzv P.J. Leederkerken met een Firefly de 1000 ste deklanding in de geschiedenis van Hr.Ms. Karel Doorman.
Het kan verkeren in het leven van een MLD vlieger. In het jaar ervoor, in 1949, maakte de ltzv Leederkerken met de Firefly 11-31 een crash op het vliegdek van de Doorman.
Dit ongeval liep gelukkig goed af met slechts materiële schade.

(foto 0496) De crash van de Firefly 11-31 op het vliegdek van de Doorman. De vlieger, de ltzv P.J. Leederkerken, wordt opgevangen door twee ziekenverplegers van de crashploeg.

 

Op vrijdag 17 november 1950 arriveerde het smaldeel in de haven van Valetta op Malta. Nadat hier het weekend werd doorgebracht vertrok het smaldeel op maandag 20 november 1950 weer naar zee.

Op woensdag 22 november 1950 maakte een landende Firefly een crash aan dek, door het missen van alle remkabels en een sprong over de 2e barrier.

Op maandag 27 november 1950 embarkeerde ZKH Prins Bernhard aan boord van Hr.Ms. Karel Doorman. Hij bracht een bezoek aan het smaldeel in de middellandse zee als Inspecteur-Generaal van de krijgsmacht.

Tijdens deze reis waren ook ingescheept de 1e jaars adelborsten voor hun zogenaamde  ‘bootjesreis’.
Ook ontbrak op 5 december 1950 de goede Sint niet, het was zijn eerste bezoek aan de Doorman.

Op vrijdag 8 december 1950 liep het smaldeel de haven van Valencia binnen. De bevolking van Valencia onthaalden het smaldeel op grootse wijze. Voor de bemanning van het smaldeel heel bijzonder dat nog in menige herinnering staat gegrift. Ook voor de inwoners van Valencia bijzonder omdat zij, volgens de commandant de ktz C.W.Slot, voor het eerst een vliegkampschip in de haven van Valencia konden bewonderen.
Tijdens een ‘open house’ werd de Doorman door 11.000 Spanjaarden bezocht.

(foto 6852) Hr.Ms. Karel Doorman afgemeerd in de haven van het Spaanse Valencia. Aan BB van de Doorman liggen de onderzeeboten Hr.Ms. Tijgerhaai en Zwaardvis afgemeerd.

(foto 6854) De enorme belangstelling op de kade voor de afgemeerde Karel Doorman.
Foto ontvangen van Jan Toorenaar.

Deel uit foto-album van Jan Toorenaar, de latere vlieger op de Grumman Trackers van vsq 4, mbt zijn ‘bootjesreis’ in 1950 naar onder andere Valencia.

Op maandag 11 december 1950 kwam ook aan dit bezoek weer een einde en vertrok het smaldeel weer naar de Middellandse zee.

Op de terugreis naar Nederland ontmoette de Karel Doorman in open zee het passagierschip ‘Johan van Oldenbarnevelt’ met aan boord Nederlandse emigranten op weg naar Australië.
Aan boord van het passagierschip werd het Wilhelmus gezongen. Dit maakte veel indruk op de bemanning van het Nederlandse smaldeel.
Met een enorm gejuich werd een laatste afscheidsgroet gebracht aan deze nieuwe bewoners van Australië.

Op dinsdag 19 december 1950 is het smaldeel weer terug in Nederland en loopt de Doorman de haven van Rotterdam binnen. Tijd voor het winterverlof. In het begin van 1951 werd gestart met groot onderhoud aan de Doorman.

 

Wie o wie is in het bezit van meer informatie en/of foto’s van deze reis.
Gaarne bericht naar de webmaster.

 

Terug naar index reizen & havens.

 

 

[Home] [Indeling site] [Welkom aan boord] [QH-1 '46-'48 index] [R81 '48-'55 index] [R81 '58-'68 index] [Bemanning index] [Anekdotes index] [Opleidingen index] [Vliegdienst index] [Reizen & havens index] [Wereldreis 1960] [1e Westreis in 1950 (1)] [2e Westreis 1952 (1).] [3e Westreis 1959 (1)] [4e Westreis 1962] [Aruba krant 1] [5e Westreis in 1964] [Oefenreis Middellandse Zee 1954 (1)] [1955 oefenreis Italie] [Vlagvertoon Canada en USA (1)] ["Sharp Squall 4"] ["Fairwind VI" 1961] [De Nieuwe Limburger] [Canada 1961] [HAVENS] [Aberdeen] [Aruba 1] [Casablanca 1] [Curacao 5] [Gibraltar 1] [Gotenburg] [Hamburg] [Kopenhagen 1.] [Las Palmas 1] [Lissabon 1] [Montreal - Canada] [San Juan 1] [St. Maarten en Saba] [Toulon & St. Tropez (1)] [Gebeurtenissen] [Gastenboek] [Contact]